Wie de bron van het universum wil leren kennen, zal de vier elementaire deugden in praktijk moeten brengen. 

De eerste is eerbied voor alle leven; deze openbaart zich in onvoorwaardelijke eerbied en respect voor uzelf en voor alle andere wezens. 

De tweede is spontane oprechtheid; deze openbaart zich in eerlijkheid, eenvoud en trouw. 

De derde is zachtaardigheid; deze openbaart zich in vriendelijkheid en gevoeligheid voor alles wat goed en waar is.

De vierde is hulpvaardigheid; deze openbaart zich in onzelfzuchtige en onvoorwaardelijke steun aan anderen. 

De vier elementaire deugden zijn geen van hogerhand uitgevaardigde dogma's, maar maken deel uit van uw oorspronkelijke natuur. 

Wie ze praktiseert, brengt zijn ingeschapen wijsheid tot leven en roept de vijf zegeningen over zich af: gezondheid, voorspoed, geluk, een lang leven en vrede.